| 
 |  |                               
                                     Het verhaal van Leo Zo`n 20 jaar geleden 
visten we veel in De Hoekse Waard maar op een gegeven moment raakt een gebied 
uit het zicht en zie je elders nieuwe mogelijkheden, zo ook met mij. 
Tot begin van dit jaar een oude vismaat belde met de vraag zullen we nog een 
keer? . 
Je weet dan niet waar je aan begint, hoe is de situatie 20 jaar verder. 
Toch maar proberen, ook om de oude vismaat weer eens te ontmoeten. 
Ik moet zeggen, het viel niet tegen. De oude stekken waren er nog en zelfs het 
karperbestand kwantitatief en kwalitatief zeer de moeite waard. In het voorjaar 
veel vissen tussen 15 en 20 pond, dat is voor een polder toch mooi. 
Tegenwoordig vissen we met de topgrafische atlas op schoot dus enkele nieuwe 
stekken waren snel gevonden. 
Brug 1 en 2 hadden hun productie ruimschoots geleverd dus toen brug 3 ontdekt 
werd vloog ik daar natuurlijk op af. Helaas, het relaas volgt hier onder. 
Nb, Jan uit het verslag is de bekende karpervisser en publicist Jan Junge waar 
ik veel mee vis. 
De J.J. trap uit het verslag is door Junge geconstrueerd om wat gemakkelijker 
het talud af te scharrelen om de vis te scheppen. 
Het visrecht berust bij de H.S.V. Numansdorp. 
Foto 1 is verloren gegaan helaas. Veel leesplezier. 
 
Hoekse Waard 24 aug. 2004. 
 
9.30 uur naar de 1e brug, niet echt vroeg. 
Helaas, de betonjongens zijn nog aan het klooien aan de betonbak, een 
constructie om de schuiven te kunnen bedienen. 
Verder naar brug 2?, Nee gelijk door naar brug 3, ik zie overal leven en zeker 6 
karpers aan het oppervlak rustig aan het flipperen, veeg teken? 
Auto open, voer gepakt en aan twee kanten van de brug wat gevoerd 
(paaltjeskant). 
Ik ben zenuwachtig en vol spanning en voel dat er wat gaat gebeuren, toch dwing 
ik mezelf rustig de hengel op te tuigen en daarna koffie te drinken. Jan`s 
ervaring niet te licht dus de 2 ponds Cor Spinhoven met gevlochten lijn 
opgetuigd. 
De koffie is heerlijk maar ik wil vissen!. 
Eerst aan de rechterkant, ik zie bellenbanen en laat zachtjes de drijvertjes 
zakken op ruim een meter water. 
Hoe lang duurt het?, 2 of 3 seconden en de drijvertjes verdwijnen gedecideerd 
naar de diepte, misslaan is haast niet mogelijk. Bonkend en schuddend snelt de 
karper naar de paaltjes waar ik hem maar net weg kan houden. Richting riet kan 
geen kwaad, hou de lijn maar strak. Op het midden kan ik hem kantelen en zie een 
knappe spiegel, zo hè. Om af te drillen moet ik eerst onder het prikkeldraad 
door om aan de oever te komen, het schepnet licht er al, wat een gedoe zeg, ik 
zweet al als een otter maar goed, hij schuift het net in, bingo mooie vis zeg. 
Ik moet weer terug naar de oto voor mijn fototoestel. Karper in het gras Jan. 
Het is een klokgave dikke spiegel een hoge 19er denk ik en ik ben blij.  
Even bijvoeren, koffie en een sigaar, ik kijk om me heen, wat een rust. 
Een grote bonte specht pendelt jodelend heen en weer, een buizerd verkend hoog 
aan de hemel zijn territorium, ik geniet. 
Er treed radiostilte in, geen beetje meer, geen bellen en geen gedraai van vis, 
hoe is het mogelijk. Als je de megavoorn en dito brasem niet meetelt zeker een 
uur geen aanbeet. Dan, op dezelfde stek een korte tik gevolgd door een 
gigantische dressuuraanbeet maar ik sta pal. Een heerlijke dril volgt met als 
resultaat weer! Een spiegelkarper, het ritueel herhaalt zich, prikkeldraadhek, 
scheppen, fototoestel halen en weer over het prikkeldraad. 
Maar, alle moeite waard, deze vis, zie dressuuraanbeet was in de bek behoorlijk 
gehavend, kijk goed Jan. Lage 20?, Verder een mooie slanke vis. 
Als ik sta uit te blazen stopt er een zilvergrijze Mondeo, een man stapt uit, 
stelt zich voor en vraagt naar mijn vergunning. Voor de vorm want ik blijk me op 
particulier gebied te bevinden. Hij is de eigenaar, (kijkt trots), ik mag hier 
niet vissen en moet verdwijnen. Maar die jongetjes dan bij het gemaal die zitten 
dan toch ook op uw terrein. Dat blijken kinderen te zijn van zijn personeel die 
mogen dus. 
Even overweeg ik om me aan te bieden als landarbeider maar doe het toch maar 
niet. Pakt u maar rustig uw spullen zegt hij en verdwijnt. 
Ik loop nog even naar de waterkant en zie een pesterig schuimplakkaat 
verschijnen, wegwezen Niessen, exit brug 3. Wat verder te doen, ik taai af naar 
brug 2 waar ik ongemotiveerd nog een uurtje vis zonder resultaat. Brug 1 dan 
misschien als de betonwerkers weg zijn, dit is inderdaad zo. Ik voer aan beide 
kanten, eet een boterham, koffie en ga weer vissen. Na een halfuurtje een 
langzame wegloper op de zoete maïs aan de haar, ik doe nix en wacht af, het 
loopt niet door. Bij ophalen blijkt de maïs van de haar verdwenen, witvis of……… 
Bij de tweede haar hetzelfde verhaal, weer leeg. Ik bel Tom Poes voor een list. 
Gewoon een maiskorrel op het oog van de haak en een korrel op de haarscherpe 
dunstelige lange Gamakatsu. Weer een slome wegloper, slaan Pa en verdomd karper. 
Ik vergeet te zeggen dat ik hier vis met de 4,24m lange 1,1/4 ponds zware 
Temming penhengel plus 26/100 nylon. Schitterend buigt de hengel door tot in het 
handvat en geeft op de felle karper prachtig partij. Een schub van 12 pond wordt 
de J.J trap op gesjouwd net op tijd want het begint gigantisch te onweren en te 
regenen. 
Ik wacht de bui af ondertussen Junge te woord staand die baalt van het wegsturen 
op brug 3. De bui stopt en ik ga op verkenning naar een 4e brugstek. Een smalle 
weg afrijdend kom ik inderdaad bij een brug, een lage brug gesteund door 8 
betonnen pijlers. Ziet er leuk uit, de sloot is niet breed en in het hele gebied 
wordt gespuid zodat het behoorlijk trekt. Twee stekjes, èèn bij de pijlers, de 
tweede aan de andere kant van de brug tegen het riet, er is daar een kleine 
inham dus minder trek. 
Hier krijg ik na een half uurtje een fraaie wegloper en sla vast. Dit valt nog 
niet eens mee om op deze zachte hengel de karper bij de pijlers weg te houden 
maar het lukt, hoera de 4e een mooie gave schub van een pond of 10. 
Er komt weer een bui aan, ik stop voor vandaag het is mooi geweest. 
Vrijdag vertel ik Jan van de nieuwe brug 4. 
Groetjes Leo Niessen. 
                    
 Stille wateren 
 
Het boek met de leukste verhalen op het gebied van 
karpervisserij.  
In de verhalen van Gerard Schaaf staat het vangen van de karper centraal en in 
die van Paul van de Logt de karpervisser. De schrijvers hebben bewust geen boek 
gemaakt met talrijke kleurenfoto's van grote "biggen". Daarvan zijn er al legio. 
Het is een boek voor aan de waterkant of om te lezen onder een schemerlamp in de 
avonduren. 
Het erotische verhaal "De kanjer"  is door Ronny de Groote (Belgisch 
publicist en recensist) benoemd tot de topper in het boek. 
De schrijvers zelf vinden "Ode"( aan Jan B. de Winter) en " Het poeder" (fictie) 
de toppers van hun werk. 
Stille Wateren laat je niet los. Het leest vlot en sommige hoofdstukken zijn op 
het scherpst van de snede geschreven.    
Ik herinner het me nog als de dag van gisteren. Een paar jaar geleden tijdens 
een van de coördinatorenvergaderingen in de oude gebouwen van 
Sportvissersmagazine Beet had Gerard de bedenking gemaakt dat hij die nieuwe 
karpervissers/schrijvers best te pruimen maar toch zo technisch en afstandelijk 
vond. Hij had het meer op de mannen zoals Rini Groothuis. Dat poëtische, die 
sfeerverhalen miste hij wel. Konden er niet meer van dit soort karperteksten 
zijn lijfblad kleuren? Vroeg hij zich destijds af.  
Hij is zelf met het antwoord gekomen. Stille Wateren is het eindproduct van zijn 
drang naar karperromantiek. 
Gerard Schaaf behoeft geen introductie. Hij is, zoals we weten, niet de visser 
die zit te klooien met onderlijnen of boilierecepten. Gerard is de "twijfelaar". 
De karpervisser die zweert bij zijn pennetje maar af en toe die "nieuwe 
revolutionaire technieken"' ervoor lief bijneemt omdat ze soms doeltreffend 
kunnen zijn. In die context moet je Stille Wateren dan ook zien. Geen van 
techniek uitpuilende bundel, maar een verzameling verhalen waar de mens achter 
de karpervisser de hoofdrol speelt.  
Persoonlijk is Het Poeder me heel sterk bijgebleven. Het bezit alles dat een 
ijzersterk verhaal dient te bezitten en met een goed uitgewerkte dialoog kan het 
zo onmiddellijk doorgaan als zijnde een aflevering van The X-files of Psi 
factor.  
Paul van de Logt was voor mij een totaal onbekende. Zijn schrijfsels zijn een 
openbaring geworden. Hij behoort zonder enige twijfel tot de categorie 
meestervertellers. Mannen die met het plaatsen van punt en een komma, of het 
aanwenden van een specifiek woord, meer kunnen zeggen dan een gewone sterveling 
met een zonvloed aan woorden. Zes verhalen zijn van z'n hand, maar De Kanjer is 
zondermeer het summum. Je bent er als het ware getuige op de eerste rij.  
Wie Stille Wateren koopt met de bedoeling er technisch op vooruit te gaan komt 
bedrogen uit. Pauls voorwoord omvat als het ware het boek. "Dwarrelende rook uit 
opa's pijp. Een luie stoel, een schemerlamp. Regen klettert tegen de ramen. In 
deze sfeer moet dit boek gelezen worden Elk verhaal is een verhaal apart. Niet 
de karper staat centraal maar de mens erachter.  
Stille Wateren is een aanrader voor die karpervissers die eens iets anders dan 
technische karperliteratuur willen verslinden. 
 Ronny de Groote Het boek is te bestellen 
via Beet( Vipmedia). 
redactie.beet@vipmedia.nl 
 
 
     |